Wereldwijd spreek 40% alleen hun moedertaal. De groep die dagelijks twee talen spreekt is net iets groter met 3% (of 43% als je aan hogere wiskunde wil doen). De rest van de wereldbevolking spreekt die of meer talen.
De eentalige en meertalige mensen zijn niet evenredig over de aardbol verspreid. In Indonesië wonen maar liefst 200 miljoen mensen die meer dan een taal spreken (72% van de bevolking), maar in de Verenigde Staten is slechts een klein deel van de bevolking meertalig (een sneue 20%). De meesten van hen zijn ook nog eens immigranten of (klein)kinderen van immigranten.
In de EU spreekt 35% van de volwassenen alleen hun moedertaal. 35% spreekt ook een vreemde taal en 21% spreekt twee vreemde talen. Dit betekent dat in de EU een groter deel van de mensen drie talen spreekt dan in de Verenigde Staten twee talen.
Er is natuurlijk niet een enkel soort tweetalig brein: sommigen spreken Duits en Nederlands (zustertalen) en anderen spreken Zoeloe en Engels (ongerelateerde talen).
Sommigen krijgen veel positieve reacties uit hun omgeving: 'Wauw, jouw kind spreekt thuis ook Engels?', maar anderen (zeker mensen die een taal spreken die niet wordt geassocieerd met een economisch sterk land) krijgen alleen wat gestreste blikken hun kant op als ze op het schoolplein in hun moedertaal met hun kind spreken. Sommigen spreken hun eerste en tweede taal ongeveer evenveel en anderen spreken hun tweede taal slechts in 20% van de tijd. Al deze factoren hebben invloed op de taalontwikkeling.
Vroeger werd er gezegd dat kinderen in de war konden raken van meerdere talen. Het was beter om een kind altijd maar één taal te laten spreken. Generatie X weet daar alles van (1956 - 1970), want dit is de eerste generatie waarvan een aanzienlijk deel zonder hun regionale taal is opgegroeid. Een gemis dat waarschijnlijk nooit meer helemaal teruggedraaid kan worden. Er wordt nog steeds veel onderzoek gedaan naar het tweetalige brein, maar het spreken van een extra taal heeft meerdere voordelen. Hier zijn een paar voorbeelden van dingen die meertalige mensen beter kunnen.
Wiskundige concepten begrijpen (dus anders was ik nog slechter geweest in wiskunde);
Gebruik maken van logica;
Concentratie, geheugen en besluitvormingsvaardigheden;
Nieuwe talen leren;
Betere zelfbeheersing;
Uitstel van dementie
Meertaligheid is overigens niet iets nieuws. We weten helaas niet of er in het begin van taal eerst een proto-taal was of dat er verschillende talen apart van elkaar ontstonden, maar we weten wel dat meertaligheid ontstaat wanneer volkeren elkaar tegenkomen, tenzij er een pidgintaal tot stand komt, maar dat laten we hier even achterwege. Het oudste bewijs van meertaligheid zijn de brieven van de Assyrische koning Assur-uballit aan de farao van Egypte, ca. 1553-1336 v.Chr.
Als ik, hopelijk ergens aan het eind van deze eeuw, op mijn sterfbed lig en de helft van de 7000 talen die vandaag worden gesproken bijna of helemaal uitgestorven is, bestaat meertaligheid nog steeds. Ook als we morgen allemaal alleen nog maar Korjaaks zouden spreken, zou een deel van de mensheid simpelweg nieuwsgierig zijn en een dode taal leren.
Dus de meeste mensen spreken meer dan één taal, meerdere talen spreken is goed voor het brein en meertaligheid heeft waarschijnlijk sinds het begin der taal altijd al bestaan en zal blijven bestaan.
Misschien is deze conclusie van een vertaalbureau een beetje te voorspelbaar, maar dat maakt het niet minder waar: tweetaligheid is normaal, heeft voordelen en is ook gewoon leuk.
-Karin
Comments